woensdag 21 november 2012

Groepsdynamiek



“Met de neuzen in verschillende richtingen, vanuit verschillende perspectieven, focussen op hetzelfde doel.”[1] Een speciaal soort vriendschappen dat ik hier maak. Dat gaat hier precies veel vlotter dan in het echt leven. Iedereen is hier ook echt met hetzelfde doel, zit in hetzelfde schuitje. Zo voor een aantal maanden uw vertrouwde thuisbasis verlaten om even in een wildvreemde omgeving, met wildvreemde mensen een totaal nieuw leven op te starten. Natuurlijk doet ieder dit op zijn eigen manier, maar toch, da schept ne specialen band. Uiteraard niet met iedereen, want beste vriendjes zijn met Jan-en-alleman, da’s nogal onmogelijk(sorry aan alle Jannen die dit lezen, ge moet da ni persoonlijk nemen). Maar toch, die dynamiek die ik hier met sommige mensen heb, da’s iets wa ni snel gaat voorbijgaan...

“Al dat zoet, MAN, wat is dat goed!” (amaai, ik ben echt de beste rijmster van de wereld ofzo). Nee, t’is echt, ze kunnen der hier wa van. Mijn, toch nog wel steeds overheerlijke, cupcakes zijn er niets tegenover. Over heel’t stad vindge hier een stuk of 10 taartenhuizen, een chocomuseum, een cookieswinkel en duuzend ‘panaderias’, mét de beste op de hoek van mijn straat.  En ja, ik overdrijf niet, t’is echt de beste. De mensen staan er vaak aan te schuiven om twee redenen: hun ojas, 3 voor 10 cent (=bladvormige koekjes) én ik heb eindelijk die heerlijke geur een plaats kunnen geven. Al wandelend langs het basketbalveldje sloegen mijn geurdetectoren weer eens in gang, APFELSTRUDEL. Ik dacht “nu is het genoeg geweest, ik moet da hier is gaan checken”. Met als gevolg dat ik enkele minuten later met de beste appelflap-van-de-wereld in mijn handen stond. Mijn nieuwe verslaving is gevonden, ik kom terug als een tonnetje.

Of toch niet. Als ik nu eens een aan nieuwe hobby begin, ‘vulkaanklimmen’ ofzo, dan kan ik zoveel apfelflapsen eten als ik wil. Ja, da’s nogal een plan. Da’s ook helemaal ni zo duur, 10 euro voor drie uur en half sporten + de gansen tijd een super-uitzicht. En, last but not least, strakke benen garanti!
Ik ben het al eens gaan uittesten, voorbije zondag, en ’t was echt de moeite. Zeker voor herhaling vatbaar. Al denk ik wel dat ik de Pacaya na een tijdje beu ga worden. Maarja, genoeg stof voor afwisseling hier, keuze uit een stuk of 37 vulkanen. Het kan dus ook een zeer gevarieerde hobby worden. Een aantal voorbeelden van mijn to-do-lijstje: de Acatenango (mét zicht op de actieve ‘Fuego’), de Tajumulco (de hoogste van centraal-Amerika), ...
Joepiejeepistolee, Guatemala is de top!

Niet alleen om zijn vulkanen maar gewoon in’t algemeen. Het weer, de cafeetjes, de (meeste) mensen én natuurlijk: de muziek. Ge moogt allemaal SUPER-jaloers zijn: de zanger van Buena Vista Social Club leeft hier in Antigua en die geeft elke donderdag concertjes, mjammie, wa ne muziek! Ik raad het iedereen nu aan: pak die cd uit de kast, steek hem in de cd-speler (of wegens gebrek aan een cd, type het in op youtube) luister, geniet en waan u eventjes in het paradijselijke Centro-Amerika...

Aan allen die jaloers zijn:
ik, Tine, groet u.


[1] Alsge nen echte fan zijt hebtge geen voetnoot nodig om te weten van wie deze uitspraak komt!

donderdag 15 november 2012

Lente



“Maartse buien, aprilse grillen en in mei legde Leen een ei. Dat ei bleek eigenlijk een baby te zijn, een Mientje-baby, de mooiste in z’n soort. En man, wat mis ik die baby.
Wel, nu blijkt dat, over lente gesproken, Guatemala bekend staat als het land van de ‘eterna primavera’(= eeuwige lente), niet echt logisch eigenlijk want hier zijn maar 2 seizoenen, winter en zomer, geen sprake van enige lente dus. Toch zijn het hier heel het jaar door aangename temperaturen, niet te warm niet te koud, en staat alles hier het ganse jaar door in bloei, waardoor de bijnaam niet echt volledig misplaatst is. Ook hier zijn er buien, of soms zelfs grillen en leggen de vogels al eens een ei. Wel normale eieren, zonder Mientjes in, jammer.”

Beste mensen, ik ben naar hier gekomen om te vrijwilligerswerken, om mijn handen uit de mouwen te steken, om mij hier nuttig bezig te houden, zodat ook ik mijn steentje kan bijdragen naar een beter Guatemala. Wel, om deze ‘miss-world-uitspraken’ ook werkelijk na te komen is het natuurlijk nodig om projecten te bezoeken en zo te kunnen overgaan tot actie.
Nu, ik heb reeds twee projecten bezocht en heb al een heel ander beeld over hoe dit vrijwilligerswerken werkelijk in z’n werk gaat. Het is niet gewoon jufrouwtje spelen, wat kindjes op uw schoot nemen of een tekening maken, nope, échte hulp is hier nodig. 

Een Deens meisje dat ik onlangs heb leren kennen stelde me voor eens mee te gaan naar haar project om te zien hoe het daar zoal verloopt. Ik ben nu al vijf keer opnieuw beginnen schrijven aan dit stukje, zit hier te wissen en aan te passen want het is echt moeilijk, beschrijven wat ik ervaarde, wat ik zag, hoe het voelt om een ziekenhuis voor ondervoede kinderen binnen te stappen. Het klink misschien stom, cliché-matig, girlie, of wat dan ook, maar ik moest echt moeite doen om mijn tranen binnen te houden.
Een jongetje van 3 dat nog steeds in een loopkarretje zit omdat zijn spiertjes te zwak zijn, een meisje van 4 dat niet uit haar bed mag komen omdat haar botten te broos en breekbaar zijn –laat dus staan dat ze kan wandelen-, een mama met de kleinste baby ooit op haar schoot, hopeloos omdat ze zelf geen geld heeft om haar prematuurtje te verzorgen, een meisje van 4 dat er uit ziet als een meisje van 2 met een zusje dat een paar maand geleden gestorven is aan ondervoeding, een jongetje van 5maand –jep, ongeveer zo oud als Mina- met gebrek aan babyvet en oogjes die bijna uit hun kassen rollen, een jongetje van 7 dat er uit ziet als een jongetje van 4, hij heeft geen tanden –deze zijn uitgetrokken omdat ze allemaal rot waren-, vel over been en communicatie verloopt met gebaren omdat hij niet kan praten, wegens een zevenjarige verwaarlozing door zijn ouders, ... en zo kan ik nog wel eventjes doorgaan.
Ik weet het, ik dacht hetzelfde “zo’n dingen bestaan enkel op tv, in een reportage over één of andere Afrikaanse stam ofzo” en daar was het, BAM, onder mijne neus, echtintechtig.
Schrijnend. Ja, dat lijkt me wel een juiste woordkeuze.
Ik heb hier geholpen door papflessen te geven, het verversen van pampers – voor alle leeftijden -, de kindjes te helpen in hun pyjama, hun te troosten wanneer hun plotse huilbuien weer opkwamen, ...
Ze kunnen hier écht alle soort hulp gebruiken en dat ga ik ook proberen, te helpen in de mate dat ik kan. Ik heb het gezien, gevoeld, ervaren en kan het nu niet meer achter me laten.

Ook ben ik met Lisa en Karen hun project mee gaan bezoeken. Dit bevind zich in Pastores, dé place-to-be voor de ‘cowboyboots-fanaten’ onder ons. Om het project te bereiken moet je dat kleine steegje tussen de schoenwinkeltjes inlopen, de golfplaten huisjes voorbij gaan tot je terecht komt op een klein koertje met een afdakje, jep, je bevind je hier in het ‘schooltje’ waar ook ik binnen een maand aan de slag ga.
Buiten de gebrekkige infrastructuur en de stroom van afval naast de koer – rivieren doen hier dienst als vuilnisbelt - beviel het er me wel. Blauwe muren vol hartjes, vakkundig geschilderd door Karen en Lisa, en natuurlijk, dé kindjes. Zij waren er eerst en vooral veel beter aan toe dan deze uit mijn bovenstaande beschrijving, gelukkig voor hen. Natuurlijk kan je ze echter niet vergelijken met een groepje kinderen uit ons Belgische-luxe-landje, maar zij hadden toch hun eigen kleren, voldoende voedsel en een familie om naar terug te keren. Mijn taak zal er uit bestaan om deze kindjes wat engelse les te geven, ze wat bij te brengen over natuur, milieu, gezondheid en andere zaken die voor ons vanzelfsprekend lijken.
En misschien, maar dat zijn momenteel nog maar toekomstplannen, gaan we in de komende maanden er ook voor kunnen zorgen dat de koer getransformeerd kan worden tot een écht schooltje. Eentje met 4 muren, wat ramen én een dak. Maar nu ben ik aant dromen, zo ver staan we nog niet. Ach, ik zie er zo naar uit om er aan te beginnen.

Ge hoort het,ik ga gaan terugkomen met nog meer wijsheid, bakken meer geduld en nog meer kleur.[1]

Tine

P.s. iedereen dat me een mailtje, fb-berichtje of wat dan ook gestuurd heeft, een dikke dankuwel!




[1] Dank aan Yevgueni voor het geweldige liedje, Pannekoeken

woensdag 7 november 2012

Vandam Plastic



“Ooit al het idee gehad dat iets smaakt naar de geur van iets? Zo heb ik ooit iets gegeten dat smaakte naar de geur van vuilnisbelt, wat dat was weet ik al niet meer maar het was alleszinds gene goe. De meeste onder jullie zullen nu denken, “Wat is die Tine hier toch weer allemaal aan’t zeveren”, maar ik ben er zeker van dat enkelen toch weten waar ik het over heb.  Zo vind ik dat die kleine Haribo-bollekes smaken naar parfum of dat de roze Labello smaakt naar de geur van plasticine. Wel, nu heb ik ne nieuwe ontdekt, echt ne goeie: de verse Guatemalteekse tortillas proeven naar de geur van plastic. Echt waar. En ni gewone plastic hé, ma echt zo van dieje goedkope plasticgeur van zo ne Chinese winkel vol schoenen of fake chacossen. Ach, dat went wel”

Jammer, vind ik het. Zo nen blog, da’s alleen maar enkelrichtingsverkeer. Ik smijt hier elke beweging, elke gedachte, op het wereldwijde web en wat krijg ik terug? Nikske. Ik kan niet even op internet gaan om op de hoogte te blijven wat er in jullie hoofden omgaat, ik ben niet meer mee met al de dingen die jullie daar uitsteken in ons belgenland, jullie spannende avonturen of grappige verhalen, ik moet dat allemaal missen. En da vind ik jammer.
Moest ge nu zo iets hebben van “Awel Tine, ik wil da veranderen”, voel u vooral niet geremd! Alsge nu echt zoveel zin zou hebben om een word-documentje vol te kladden met uw gedachten, uwe afgelopen werkdag of wanneer ge welke scheet waar gelaten hebt, doet da dan gewoon en stuur het mij op, ik zal het met veel plezier lezen! 

Bon, dat gezegd zijnde kan ik weer overgaan tot de orde van de dag, Guatemala.
Ik ga nu iets typen ma ge moogt het alleen lezen als ge belooft u geen zorgen te maken, want da is het echt niet waard. Het is natuurlijk niet iets alledaags maar ik ben nu eenmaal een sterke meid en kan dat hier wel aan. Voor jullie het ergste beginnen denken, hier is het: ik ben gisterenavond ge-assgrabed. Lisa en ik waren samen onderweg naar de ‘pubcrawl’(elke maandag vindt dit plaats, het idee is om met zowat met elke jonge toerist in Antigua de leuke cafeetjes te ontdekken onder de leiding van ene local die ons zegt waar te gaan en om het uur gaan we naar een nieuwe plek, waar altijd supergoedkope drank te krijgen is, 50cent voor ne coctail, altijd dolle pret dus!). Alles was okee tot er plots een auto aan de verkeerde kant van’t straat ging rijden en vertraagde vlak naast ons. Natuurlijk dacht ik, “hier is iets niet pluis”, dus ik deed een sprongetje opzij. Maar dat kon de grijpgrage Guatemalteek niet tegenhouden, neen. Zie het voor u, een spookrijdende auto waar de bestuurder met zowat heel zijn bovenlichaam uithangt om in die blanke blonde haar rechterbil te kunnen knijpen. Natuurlijk verschoot ik mij een ongeluk, ik heb zijn hand weggeslagen en ben in’t nederlands beginnen roepen: “Godverdoeme KLOOTZAAAAK!!!!”, natuurlijk kon de desbetreffende bestuurder dit niet verstaan en was hij zo snel als hij verschenen was, ook weer verdwenen.
Lisa en ik waren natuurlijk aangedaan, maar waren tegelijkertijd ook kei hard aan’t lachen, want komaan, da was echt een super absurde situatie. Wij helemaal opgefokt en kwaad onze weg verder gezet, moest er nen andere Guatemalteek besloten hebben iets te dicht bij ons te komen lopen op die moment, t’zou zijnen besten dag ni geweest zijn! Bon, ik ben niet in shock, ik durf nog over ’t straat te lopen, maar kan het gewoon echt nog altijd niet vatten, echt, hoe komtge erbij om even te denken, “Oh vreemde meisjes op’t straat, laat ik even de malsheid van de Belgische konten gaan checken.” Mannekes toch, sommige guatemalteekse jongens... Al ga ik in de toekomst nu toch net iets sneller opteren voor een taxi, maarja, da was om zeven uur, etenstijd begot, wat mij betreft zeker geen tijd om lastig gevallen te worden, als deze tijd al zou bestaan.

Ik heb het ook hier thuis verteld en nu staat Sara altijd op de uitkijk als ik het huis verlaat tot ik veilig en wel de straat uit ben. Echt, ik zou ni graag door haar aangepakt willen worden, die zou zot worden als iemand mij iets aandoet, echt een ‘big moma’ naar mijn hart, heerlijk! Ook op school krijg ik hulp, mijne nieuwe leraar, Benjamin, had, nadat ik mijn verhaal gedaan had, besloten mij aan te leren hoe ik de volgende keer (die er hopelijk niet gaat komen) in het Spaans moet reageren op zo’n situatie. Met het gevolg dat ik dus twee uren les kreeg in ‘Spaans vloeken’, best wel grappig! 

Ik heb daarnet ook mijn tweede aardbeving meegemaakt (allez, eigenlijk mijn derde maar de tweede heb ik niet gevoeld aangezien deze ’s nachts plaatsvond en ik toen diep aan’t slapen was). T’was echt nog zotter dan de eerste vond ik. Het was net pauze in’t school en we zaten buiten op de bankjes in het parkje voor onze school tot ik ineens zag dat mijn koffietas nogal rare bewegingen aan het maken was op die bank. Iedereen keek naar elkaar en dacht “ligt da nu aan een langsrijdende camion of is dit werkelijk weer een bewegende aardbodem?”. De vorige keer was alles terug rustig en kalm vooraleer iedereen goed en wel doorhad wat er werkelijk aan het gebeuren was maar dat was nu dus niet. Het schudden werd harder en ge zag gewoon iedereen en alles bewegen. Echt, ik stond precies op een surfplank, of in een spookhuis, op zo nen bewegende vloer, maar laat staan, gewoon, in nuchtere toestand, met mijn twee voeten, op de aarde. Te bizar. Ik dacht echt dat de grond elke moment uiteen ging scheuren ofzo. Heeel bizar. 

Bon, al het kwaad even op een stokje gezet. Ik heb gisteren voor het eerst in mijn leven een Kolibri gezien. Ik ben verliefd. Da’s zo een mini-beestje, echt, het zou door het leven kunnen gaan als een verklede giga-vlieg ofzo. Ge ziet gewoon een klein kopje met daaronder een bewegend lijfje, want die kunnen zo super lang op één plaatsje blijven zweven. En deze Kolibri kwam da doen, bij een bloemetje op een meter van mij vandaan. Zo’n mooi gezichtje en het prachtigste blauw dat ik ooit gezien heb. Ik ga hier overduidelijk mijn angst voor vogels overwinnen, danku meneer de Kolibri, voor deze openbaring.

Tot horens.

Tine